Login / Reg                    Nieuwsbrief  |   Agenda   |   Vacatures   |   Forum   |   Advies   |   Adverteer   |   Zoek
Procesmanagement en de Service O.A.
Bron: Procesverbeteren.nl
Smart Industry: Slimme organisatie
Bedrijfsprocesmanagement waar muziek in zit
Door Dr Ir Jaap van Ede, hoofdredacteur procesverbeteren.nl. Dit artikel verscheen in vakblad Logistiek (2003)


Een symfonieorkest is uitermate flexibel in zijn repertoire, omdat de muziekstukken losstaan van de (uitvoerende) muziekinstrumenten.  In analogie daarmee zou je de beschrijvingen van bedrijfsprocessen het beste kunnen scheiden vande software die deze processen uitvoert. Het gebruik van web services moet dit mogelijk maken.

Stel je voor: Je opent een SAP-scherm, en je ziet de volgende boodschap: 'Er is nieuwe software gevonden. Het betreft een voorraadbeheermodule uit een Oracle-applicatie. Bezig om de koppeling te creëren, dit kan enkele minuten duren…’

Werkte de integratie van software-applicaties maar op de manier, die we gewend zijn PC-hardware! 
De situatie in een PC heeft veel weg van een orkest dat geleid wordt door een dirigent, namelijk het besturingssysteem Windows. Elk nieuw instrument, bijvoorbeeld een netwerkkaart, wordt vanzelf herkend en speelt direct een deuntje mee.

  
Orkestratie (Bron illustratie: vakblad logistiek)


Veranderlijk
Omdat bedrijfsprocessen veranderlijk zijn, is er grote behoefte aan flexibiliteit bij het integreren van software-applicaties. Het bovengenoemde ‘orkestsysteem’ lijkt de ideale manier om die flexibiliteit te realiseren.
Alle bedrijfssoftware zou dan moeten worden opgedeeld in kleine functionaliteitsgebieden, de instrumenten, die je aanstuurt via één dirigent. Het ondersteunen van een bedrijfsproces komt in deze metafoor overeen met het afspelen van het muziekstuk daarvoor.

Het eerste probleem bij het verwezenlijken van dit ideaalbeeld is, dat ERP-systemen zijn opgebouwd uit enkele grote modules, die alleen kunnen communiceren met modules van dezelfde leverancier.

Dit resulteert in een star en log symfonieorkest, waarin elke instrumentgroep slechts gezamenlijk kan optreden. Kamermuziek maken is dus onmogelijk, laat staan het spelen van een ‘business-to-business duetje’, waarbij één van de software-instrumenten bij een businesspartner staat!

De instrumenten
De hoop is daarom gevestigd op het fenomeen web services, oftewel webdiensten. Daarmee kun je zelf de instrumenten ontwerpen en beschrijven die de communicatie van een (ERP-) systeem naar buiten toe verzorgen.  Een webdienst zoals ‘het plaatsen van een order’ kan worden toegevoegd aan een ERP-systeem, en is daarna voor andere software-applicaties toegankelijk.

Zo’n webdienst lijkt een beetje op een internetsite, hoewel die voor de mens onzichtbaar is. Web services zijn namelijk specifiek gericht op de communicatie tussen softwarepakketten.  Gebruik makend van het Simple Open Access Protocol (SOAP) roepen softwarebouwstenen hierbij via het internet elkaars ‘diensten’ aan. De bouwstenen of muziekinstrumenten kunnen daarbij direct op elkaar reageren. Bijvoorbeeld om de vraag: ‘wat is het voorraadniveau van product X’, te beantwoorden.

De dirigent
Tot zover de instrumenten, nu de dirigent. Deze rol wordt toebedacht aan het Business Proces Management System (BPMS). Bij de uitvoering van een bedrijfsproces zoals Vendor Managed Inventory (VMI) speelt het BPMS een bijpassend softwareprogrammaatje af. Dit is het muziekstuk, waarin staat welke instrumenten cq. web services actief moeten worden.

Het BPMS scheidt de beschrijving van de bedrijfsprocessen – de muziekstukken - van de software die deze bedrijfsprocessen uitvoert, de muziekinstrumenten. Een VMI-proces kan daarom eenvoudig worden gewijzigd, door de beschrijving van het betreffende ‘muziekstuk’ te veranderen. Hierdoor wordt software-integratie veréénvoudigd tot het onderhouden van beschrijvingen van bedrijfsprocessen, hetgeen de grote ophef rondom het fenomeen web services verklaart.

De komst van het webdiensttijdperk – SAP noemt dit de Enterprise Service Achitecture - wordt herhaaldelijk aangekondigd door grote softwareleveranciers zoals Microsoft, SAP en Siebel. De logistieke toepassingen blijven voorlopig echter zeer beperkt. De techniek is namelijk nog onveilig, onvolwassen, en een universeel toepasbaar (lees leveranciersonafhankelijk!) BPMS ontbreekt.

Het gebruik van een EAI-systeem bij de vraagvoorspelling van LG-Philips Displays

Sommige grote klanten, zoals B&O en Philips, informeren beeldbuisproducent LG.Philips-Displays over de verwachte vraag, door het versturen van een DELFOR-bericht. Andere klanten verstrekken deze gegevens handmatig en gebruiken daartoe de webbrowser-interface. De EAI-software van Webmethods vertaalt alle binnenkomende gegevens naar één standaardformaat en sluist ze vervolgens door naar het Global Demand Management System (GDMS). Dit is een ondernemingsbrede applicatie binnen LG-Philips Displays, geschreven in Oracle.

Het GDMS berekent vervolgens, hoe de vraag het beste kan worden verdeeld over de fabrieken van LG.Philips-Displays. Per fabriek levert dit een vraagvoorspelling op, die wordt teruggestuurd naar Webmethods. Het EAI-systeem vertaalt de berichten weer, zodat ze begrijpelijk worden voor de ERP-systemen van de verschillende fabrieken (binnen LG.Philips-Displays wordt onder meer SAP en MFG/PRO gebruikt). Tenslotte worden de vraagvoorspellingen naar de betreffende productielocaties verstuurd.

 

Vraagvoorspelling bij Philips Displays, zoals die eruit zou zien bij het gebruik van webdiensten*

Een Business Proces management Systeem (BPMS) zorgt voor de uitvoering van een softwareprogrammaatje, dat de benodigde webdiensten activeert. Eerst worden webdiensten bij de klanten aangeroepen die de door hen verwachte vraag terugsturen naar het BPMS. Daarna wordt de vraagvoorspelling per fabriek berekend. Tenslotte worden webdiensten van de fabrieken van LG Philips Displays aangeroepen om de vraagvoorspelling door te geven. 

*) De onderstaande afbeelding berust op fictie van de auteur, en geeft - in tegenstelling tot de bovenstaande figuur - niet weer hoe de vraagvoorspelling bij Philips feitelijk werkt: 


 

Veilige keuze
Grote bedrijven zoals Philips, die niet om applicatie-integratie heen kunnen, maken daarom een veilige keuze: zij implementeren software voor Enterprise Application Integration (EAI), zie het kader hierboven.
Bij EAI worden alle softwareapplicaties via één centraal softwarepakket met elkaar verbonden. Dit EAI-systeem fungeert zowel als dirigent als muziekarchief.

EAI-software omvat een ingebouwd (leveranciersspecifiek) BPMS, en ondersteunt alle gangbare oude en nieuwe integratiemethodes, ook webdiensten. Om nog een laatste keer de muziekmetafoor aan te halen: je kunt met zo’n BPMS een complexe webdienstsymfonie afspelen, maar je kunt hiermee ook eenvoudige ‘morse-signalen’ uitwisselen. Een nieuwe categorie softwareleveranciers waaronder Software AG, Spiritsoft, Kenamea en Sonic speelt specifiek op deze mogelijkheid in, door het aanbieden van Enterprise Service Bus (ESB) systemen. ESB is een relatief goedkope light-versie van EAI, die alleen integratie middels XML en web services ondersteunt.

Veelzijdig
De verbinding tussen een ERP-applicatie zoals SAP en het EAI-pakket komt tot stand via een connector. Die vertaalt de berichten uit de betreffende applicatie naar een standaardformaat en weer terug.

De veelzijdige integratieondersteuning is het sterkste punt van EAI. Je wedt met zo’n systeem niet op één paard, want EAI werkt ook zonder web services (op dit moment is dat zelfs gangbaar).

LG.Philips-Displays gebruikt sinds drie jaar als EAI-systeem Webmethods. ‘Wij gebruiken dit systeem op drie manieren’, legt IT-manager Hans Tromp uit. ‘Ten eerste voor het uitwisselen van EDI-berichten. Daarnaast kunnen onze klanten via een webbrowser met Webmethods communiceren, dat is de tweede manier. En ten derde wisselen we via het EAI-systeem bestanden uit tussen onze eigen bedrijfsapplicaties.’

De belangrijkste reden om Webmethods te implementeren was de wens om efficiënter met de klanten te communiceren.  ‘Vroeger gebruikten we ook al EDI, maar dan alleen intern. Nu kunnen we met iedereen elektronisch communiceren, en wel op de manier die de betreffende klant wenst. Per nieuwe klant hoeven we alleen een specifieke koppeling tussen hen en ons EAI-systeem op te zetten’, besluit Tromp.

Kappa Packaging vermindert fluctuaties tussenvoorraden


Kappa Packaging gebruikt sinds 2001 E*gate van Seebeyond. Op basis van deze software en de frontend-applicatie Broadvision heeft dit bedrijf een EAI-applicatie voor e-business ontwikkeld, genaamd  KappaConnect. 

 ‘Kappa Packaging is één van de grootste producenten van karton en verpakkingen, met maar liefst 115 werkmaatschappijen in Europa’, legt manager e-business Margreet Rookmaker uit. ‘Al onze fabrieken opereren relatief zelfstandig, maar logistiek gezien willen wij als één organisatie optreden. Daarom passen wij binnen onze interne toeleveringsketens Vendor Managed Inventory toe.’ Dankzij de ondersteuning van VMI via het EAI-platform zijn de tussenvoorraden in de toeleverketens gedaald. Bovendien heeft het systeem geleid tot peak shaving: grote pieken en dalen in de voorraden zijn verleden tijd.

Driehoeksverhouding
Een voorbeeld van een toeleverketen is de driehoeksverhouding tussen de verpakkingsproducent Kappa Oudenbosch en haar toeleveranciers, de Zweedse papierfabriek Kappa Piteå en de Nederlandse papierfabriek Kappa Roermond.   De ERP-systemen van deze bedrijven zijn met elkaar verbonden via KappaConnect. ‘De voorraden bij de verpakkingsproducent worden op peil gehouden via VMI. De voorraadstanden, het verbruik en de materiaalontvangsten worden daartoe dagelijks, vanuit het plaatselijke logistieke systeem EFAS, ingelezen in Kappa Connect. Daarna stuurt dit systeem de gegevens door naar de bijbehorende (toeleverende) papierfabriek, die er vervolgens voor zorgt dat de materialen tijdig worden aangevuld.’  

Een papierfabriek is een vol-continu bedrijf, terwijl een verpakkingsproducent batch-gewijs produceert. ‘Door die overgang van procesmatige naar stuksgewijze productie in onze productieketens is het uitermate belangrijk dat er, dankzij KappaConnect, sprake is van een regelmatige orderstroom. Peak shaving noemen we dat.’

Door talloze VMI-contructies, niet alleen binnen het Kappa Packaging-consortium maar ook met afnemers zoals Riedel, zijn de tussenvoorraden aanzienlijk gedaald. ‘Vroeger had je een veiligheidsvoorraad bij de toeleverancier en bij de afnemer, nu alleen nog bij de afnemer’, verklaart Rookmaker.   

Order-to-cash
Kappa Connect ondersteunt niet allen VMI, maar ook het complete order-to-cash proces, via de uitwisseling van XML-berichten. ‘Bovendien kunnen wij en onze klanten via een webinterface KappaConnect raadplegen om de actuele stand van zaken te zien.’

Bij KappaConnect ligt het accent op business-to-business informatie-uitwisseling. ‘Aanvankelijk was dat niet eens de doelstelling. Toen wij in 2000 E*gate kochten was de hype rond e-business to consumer nog in volle gang. Inmiddels zien we internet vooral als een extra informatiekanaal, bij de ondersteuning van BtoB bedrijfsprocessen.’



Hulp nodig bij de implementatie van hard- en software voor Smart Industry?

Verwijzen naar dit artikel op internet?
Gebruik als link: https://www.procesverbeteren.nl/flexibilisering/webservices/webservices_muziek.php

CimproAzumutaPropos Software